Via Parque Nacional Los Alerces naar Bariloche
9 januari 2019 - Parque Nacional Los Alerces, Argentinië
Uitslapen zit er niet in deze reis. Vanmorgen ging de wekker al weer om kwart voor 7. En dát, nadat ik me om kwart voor 3 ’s nachts al een keer had aangekleed doordat mijn telefoon zowel de Nederlandse als de Argentijnse tijd aangeeft en ik, toen ik even wakker werd, met mijn slaperige hoofd alleen de Nederlandse tijd zag. Omdat ik dacht dat ik me verslapen had, ging ik in de versnelling en was in een mum van tijd klaar om te gaan ontbijten ….. totdat ik mijn horloge om deed. Eerst had ik het idee dat die stuk was, maar al snel realiseerde ik me mijn vergissing. Snel weer terug naar bed dus 😴.
Een nieuwe, opnieuw bijzonder aardige en deskundige, lokale gids (Angèl) stapte in onze bus. Tijdens het uur rijden tot Nationaal Parc Los Alerces dat we gingen bezoeken, vertelde hij van alles over wat we vandaag zouden zien.
Het was nog steeds regenachtig en maar 6 graden toen we vertrokken. Angèl vertelde dat het afgelopen nacht in de bergen gesneeuwd heeft wat heel ongebruikelijk is in deze tijd van het jaar, de Argentijnse hoogzomer.
Zodra we Esquel uit waren zagen we inderdaad de bergtoppen, die met poedersuiker bestrooid leken, uitsteken boven het verder groene landschap.
In de loop van de dag trok de lucht langzaam maar zeker open en uiteindelijk werd het maar liefst 20 graden.
Al snel kwamen we – aldus Angèl – bij de grens tussen twee ecosystemen en we zagen inderdaad het landschap bijna van het ene op het andere moment veranderen in een sfeer die aan Zwitserland en Oostenrijk doet denken, maar dan wat ruiger. De droge steppe maakte plaats voor een gevarieerde begroeiing in alle tinten groen en de bergen werden hoger.
Aangekomen in Los Alerces gingen we eerst naar het bezoekerscentrum en vervolgden onze tocht te voet voor een hike van 2,5 uur. Het nationaal park wordt gevormd door een merengebied omringd door bossen met een diversiteit aan bomen, maar vooral natuurlijk alercebomen, een soort cypres, waar het park naar genoemd is. Ook komen er veel dieren voor, waaronder poema’s, vossen, reeën en talloze vogelsoorten. Angèl adviseerde bij het signaleren van een poema je armen breed omhoog te steken; je dus groot te maken alsof je wil zeggen: ‘ik ben een beer’. Klinkt als Pa Pinkelman die een bordje neerzette: Verboden voor beren 😉.
Wat ik het aantrekkelijkst vond, zijn de vele prachtige meren. Nu de bergtoppen erom heen besneeuwd zijn, steken ze prachtig af tegen de groene bomen lager op de hellingen en de kleur van het water dat wisselt van turqoise naar kobaltblauw afhankelijk van het spel van de zon en de wolken.
Na een half uur lopen, had ik een fotomoment dat wat langer duurde. Toen ik me omdraaide om verder te lopen, was de groep in het niets verdwenen. Dit keer was de groep sneller dan ik 😬. Ik haastte me verder, maar stuitte vrij snel op een driesprong, met in geen velden of wegen een levende ziel te bekennen. Ik had geen kaart en geen idee van de route. Ik besloot te gokken op het rechterpad en zette er flink de pas in. Na een paar honderd meter zag ik nog steeds niemand. Omdraaien dus en een van de andere paden kiezen. Op een holletje rende ik terug het middelste pad in maar dat werd steeds smaller en lastiger te belopen. Het leek me niet waarschijnlijk dat dit de route was. Inmiddels had ik visioenen van poema’s en een donkere nacht in een groot bos 😳. Ik besloot nogmaals om te draaien en het derde pad te proberen. Als dit niets werd, moest ik de weg terug naar de bus maar gaan zoeken, zo dacht ik. Een stuk verder op het derde pad hoorde ik ineens mijn naam roepen. Het was Renske die teruggelopen was om me te zoeken. Zonder verdere kleerscheuren maakten we de prachtige wandeling af.
We vervolgden de weg door het park met de bus en picknickten aan de oever van een meer dat een stuk verderop in het park lag. Er was geen enkele commerciële activiteit dus Renske had ons geadviseerd een lunchpakket mee te nemen. Het was genieten in de zon aan het water. Helaas moesten we al na drie kwartier verder omdat onze bestemming van vandaag Bariloche nog zo’n 250 meter rijden is.
We maakten nog een stop in El Bosón een oud hippie-dorp, waar volgens Angel de beste ijsssalon van Argentinië is. Een bezoek was dus onontkoombaar 🍦.
Rond 19.15 uur arriveerden we in Bariloche, de grootste toeristische trekpleister in Argentinië ná Buenos Aires. Het is een grote plaats aan het Lago Nahuel Huapi, dat deel uitmaakt van het gelijknamige nationaal park waar Bariloche in ligt.
Omdat ik behoefte had aan een rustige avond, ben ik na aankomst even de stad ingelopen en heb een stuk pizza gekocht als avondmaaltijd, die ik lekker op mijn kamer gegeten heb om daarna nog even lekker te ontspannen.
De overgang van de ecosystemen bracht jou met die prachtige nieuwe kleuren in vervoering en prompt mis je de aansluiting .
Gelukkig kom je met gezond verstand weer met beide benen op de grond.
Wat een PRACHTIGE natuur!!!